KempenPlus zet in op taal en veiligheid voor een sterkere werkvloer
“Veel van onze medewerkers beheersen het Nederlands niet goed of missen digitale vaardigheden. Met dit traject slaan we eigenlijk drie vliegen in een klap.”
Hoe maak je een veilige werkomgeving? Waar mensen niet alleen fysiek gezond en veilig werken, maar waar het ook sociaal en digitaal veilig is. Medewerkers van KempenPlus volgen een op maat gemaakte training van Summa en De achthonderd. “Dit helpt ook om mensen te laten doorstromen.”
Het idee voor een training ‘Veilig werken’ ontstond tijdens trajecten voor de praktijkverklaring. “Sinds anderhalf jaar zetten we praktijkleren in voor mensen die zich willen ontwikkelen”, zegt Johan Sweijen, projectleider praktijkverklaring bij KempenPlus. “Er doen al ongeveer tien medewerkers mee. Veiligheid komt in het traject ook aan de orde. Maar we merkten dat medewerkers er meer over wilden weten. Daarom hebben we De achthonderd en Summa gevraagd een apart traject te ontwikkelen.”
Drie vliegen in een klap
Summa kwam met een voorstel dat erg in de smaak viel bij KempenPlus. Johan: “In het traject is uiteraard aandacht voor fysiek veilig werken, denk aan goede verlichting, ergonomische werkplekken en het gebruik van beschermingsmiddelen. Maar het gaat ook over sociale veiligheid en digitale veiligheid, wet- en regelgeving, rechten en plichten. Het is een compleet plaatje.” Extra sterk is dat er tegelijkertijd aandacht is voor de Nederlandse taal én digitale vaardigheden, vindt Johan. “Veel van onze medewerkers beheersen het Nederlands niet goed of missen digitale vaardigheden. Met dit traject slaan we eigenlijk drie vliegen in een klap.”
Vrijer en spraakzamer
Het traject bestaat uit tien tweewekelijkse bijeenkomsten van elk twee uur. Twaalf medewerkers volgen de training. Mensen met een anderstalige achtergrond, ook medewerkers met Nederlands als eerste taal (NT1). Johan: “We hebben vier afdelingen, van productiewerk met machines tot en met inpakwerk. Mensen doen het werk dat bij hen past. Per afdeling doen drie medewerkers mee. Daardoor ontstaat kruisbestuiving.” De deelnemers krijgen ook opdrachten. Zo kijken ze bij elkaar op de afdeling en gaan ze op de eigen werkplek het gesprek aan over veiligheid. Nu de helft van de bijeenkomsten erop zit, lukt dat steeds beter, zegt hij. “In het begin waren de deelnemers nog afwachtend. Zeker NT1’ers vonden het spannend om een cursus te volgen. Nu groeit het vertrouwen en worden ze steeds vrijer en spraakzamer.”
Op weg naar regulier werk
Het ontwikkelbedrijf heeft de opdracht om mensen zoveel als mogelijk door te laten stromen naar regulier werk. Zeker taal is een ‘dingetje’, merkt Johan. “Er werken bij ons best veel mensen uit Syrië. Het zijn goede arbeidskrachten, maar beheersen het Nederlands nog niet voldoende. Dat is voor veel bedrijven een reden om ze niet aan te nemen. Zonde. Dankzij dit traject vergroten de medewerkers hun kennis over veilig werken en verbeteren ze hun Nederlands. Dat is een groot pluspunt om door te stromen.
